HOME
EDITIES
RUBRIEKEN
ARTIKELEN



Onderwijs gaat ook over wat voor mens je wordt

In gesprek met Liesbeth Levy over ongemak, ontmoeting, dialoog en burgerschap

12 oktober 2021  |  tekst: Dorieke Hammink  |  fotografie: Dorieke Hammink

Het was een gedenkwaardig moment op de Kick-off van BOOR: vier leerlingen uit ons speciaal onderwijs interviewden de leden van het college van bestuur over het onderwerp ‘inclusie’. Zij stelden kritische, goed geïnformeerde vragen over de nieuwe koers van BOOR. Een koers waarin de oproep ‘Sta Open’ een centrale plek heeft. Hun boodschap was: heb niet alleen oog voor diversiteit, maar ook voor inclusie. Want op dat terrein zijn nog zoveel meters te maken.¹

 

Twee weken na de Kick-off schuiven we aan bij Liesbeth Levy, de keynote spreker van diezelfde Kick-off. Zij maakte dit boeiende gesprek mee. We memoreren het ongemakkelijke dat we als toehoorders ervaarden: deze leerlingen spraken ons aan op onze verantwoordelijkheid, en ons antwoord is nog te mager. Dat ongemak heeft een functie, betoogt Levy. “Eigenlijk was het de rode draad van mijn hele verhaal op jullie Kick-off: dit ongemak is het meest productieve moment in een dialoog. Het is hét leermoment in de ontmoeting met de ander. Een echte ontmoeting is namelijk dat je geconfronteerd wordt met een ander. Je bent de ander niet, maar hebt wel de verantwoordelijkheid om te reageren op de ander.”

 

Levy is als geen ander thuis in de filosofische betekenis van het begrip ‘dialoog’. Zij promoveerde in maart 2020 op ‘de praktische relevantie van de wijsgerige betekenis van het begrip ‘dialoog’ (zie kader). Zij verdiepte zich hiervoor grondig in het gedachtegoed van Martin Buber en Emmanuel Levinas. “In de kern gaat die filosofie niet over het abstracte, het denken, maar over de concrete ontmoeting. Daar was het gesprek tussen deze leerlingen en bestuurders een goed voorbeeld van. Je zag in deze ontmoeting niet alleen het ongemak, maar ook dat er een appél werd gedaan. En ook dat is een voorbeeld van wat deze filosofen bedoelen.”

 

Wijsgeer uit het interbellum

Martin Buber (1878-1965) was een Joodse godsdienstfilosoof. Een wijsgeer uit het interbellum, die nog steeds iets te vertellen heeft aan onderwijsprofessionals in de 21e eeuw. Levy: “Volgens Buber was het verlangen naar rechtvaardigheid de basis voor maatschappelijke verandering. Dat begon voor hem bij het onderwijs. Hij geloofde sterk in wat hij ‘sociale educatie’ noemt, een vorm van onderwijs waarin de aangeboren neiging tot gemeenschapsvorming wordt ontwikkeld in harmonie met de ontwikkeling van persoonlijke existentie en gedachten.”

Het voeren van de dialoog is een belangrijk ingrediënt in deze ontwikkeling. “Je ziet vaak dat de dialoog geïnstrumentaliseerd is geraakt. De dialoog wordt ingezet om plooien glad te strijken, om consensus te bereiken. Terwijl dat níet is waar het om gaat. De klas is een samenleving in het klein. Vraagstukken en polarisatie en alles wat daarbij hoort is ook in de klas aanwezig en mag er zijn. Het gaat om het werkelijk willen ontmoeten van de ander. Ieder mag zijn eigen standpunt hebben – van belang is dat je weet hoe je je moet verhouden tot de ander.”

 

Charlie Hebdo

Hoe ziet dat er dan uit, als je een zwaar beladen thema bespreekbaar wilt maken in de klas? Levy geeft een voorbeeld. Na de aanslag op Charlie Hebdo voelden veel leraren zich handelingsverlegen bij het bespreken van de situatie met hun klas, omdat de waarden van de ene groep zo overduidelijk botsten met die van de ander. Een leraar vertelde dat sommige leerlingen in zijn klas geen moment stilte wilden betrachten voor de slachtoffers. Met inzet van de dialoog werd dát vervolgens het onderwerp van gesprek. Niet: vind je de terroristische daad gerechtvaardigd? Maar: waarom wil je geen moment stil zijn? Levy: “Vragen naar iemands motieven leidt tot een gesprek. Je hoeft het niet met elkaar eens te zijn of te worden. Het gaat erom een onderzoekende houding aan te nemen en inzichtelijk te krijgen welk vraagstuk er eigenlijk ten diepste op tafel ligt. En dat begint klein, je maakt eerst verbinding. Zonder verbinding is er geen vertrouwen, en zonder vertrouwen is er geen gesprek.”

 

Openbaar onderwijs

Levy noemt het openbaar onderwijs de plek bij uitstek om soortgelijke gesprekken vorm te geven. “Op een openbare school krijgen leerlingen de kans om kritisch te leren denken, andere visies te horen en met nieuwe perspectieven in aanraking te komen. Veel jonge mensen hebben een probleem met hun identiteit: wie ben ik, waar hoor ik bij. De leraar heeft hierin echt iets te geven. Op school, in de dialoog met anderen, leren jongeren zichzelf kennen en de waarden waar zij voor staan, en tegelijk leren zij de vrijheid van anderen te waarderen.”

Hoe komt een leraar aan de praktische vaardigheden om dit handen en voeten te geven? Levy wijst een al te vast format hiervoor van de hand. “Buber en Levinas zijn filosofen. Zij bieden een theoretische basis om anders naar de dialoog te gaan kijken. Dat is niet één op één om te zetten in een format. Een praktische methode die je kunt inzetten om het gedachtegoed van de dialoog toe te passen is ‘de socratische dialoog’. Dat is een fijne methodiek om vragen te verbinden met grote ervaringen. Een andere methode is ‘deep democracy’, waarin docenten praktische handvatten krijgen om het gesprek aan te gaan in de klas. Beide methodes zijn waardevol en er zijn er méér. Het gaat ook niet zozeer om de methode, maar om het levende gesprek.”

 

Levy illustreert dit aan de hand van een voorbeeld. Zij was eens aanwezig bij een les over de Tweede Wereldoorlog. Sommige leerlingen betoogden dat de Joden nu hetzelfde doen in Palestina als wat hun is aangedaan in de Tweede Wereldoorlog. Levy: “Ik heb de vraag gesteld: hebben jullie weleens een Joods iemand ontmoet? Het antwoord was nee. Toen heb ik gezegd: ik ben Joods. Stel mij gerust jullie vragen. De vraag die toen gesteld werd was: wie is jullie God? Een heel fascinerende vraag. Dan vallen dus twee dingen op. Ten eerste; deze klas had nog nooit met een Joods iemand gepraat. En ten tweede; ze hadden geen idee van het joodse geloof. Ik ben zelf niet gelovig, maar ik kon natuurlijk wel vertellen wat het geloof inhoudt. En het zit qua toepassing heel dicht bij de islam, dus dat zorgde direct voor herkenning. Zo zie je dat je je eigen identiteit mee kunt nemen in dit soort gesprekken.”

 

Vrijheden van anderen snappen

De dialoog leren voeren, beladen thema’s bespreken – moeten scholen dit eigenlijk wel tot hun opdracht rekenen? Daarover is Levy heel stellig: “Onderwijs gaat niet alleen over of je loodgieter, dokter of ambtenaar wordt. Het gaat ook over wat voor mens je wordt. En of je in staat bent de vrijheden van anderen te snappen. Ook heeft het onderwijs een verantwoordelijkheid rond oordeelvorming en onderscheidingsvermogen.” Levy pleit daarom voor een sterkere integratie van dialoog en burgerschapsvorming in het onderwijs. Vanuit haar nieuwe rol als directeur van KCR levert zij daar ook zelf een bijdrage aan, onder andere in een project waarin kunstvakdocenten zich breder kunnen laten scholen. “We willen van cultuuronderwijs een vak maken dat een volwaardige plek in het onderwijs verdient. Vanuit een brede opvatting van burgerschap, waar ook filosofie en maatschappelijke vraagstukken onderdeel van uit maken.”

 

Dat brengt ons terug bij waar we mee begonnen: het gesprek tijdens de Kick-off tussen leerlingen en bestuurders over inclusie. Want ook de dialoog zelf dient inclusief te zijn, aldus Levy. “Het voeren van de dialoog hoeft niet altijd talig te zijn. De dialoog is heel democratisch. Jullie leerlingen konden zich uitstekend uitdrukken. Maar ook als je niet goed kunt praten, of de taal niet goed kent, maakt dat niet uit. Je leert in de dialoog weliswaar op een heel specifieke manier te articuleren en te luisteren maar elkaar, maar je kunt dat ook op andere manieren doen dan met woorden. Via dans, theater of schilderen bijvoorbeeld. Ik ben heel benieuwd naar het vervolg op dat gesprek. Het toonde duidelijk dat de dialoog geen holle frase is of een vrijblijvend theekransje. Er werd een appél gedaan aan het bestuur om niet alleen te luisteren, maar ook echt iets te doen.”

 

¹Dit gesprek terugkijken? Dat kan! Klik hier voor de video. Het interview begint op 00.12.40.

Over Liesbeth Levy
Aanleiding voor Levy’s bijdrage aan de Kick-off van BOOR was dat zij op 5 maart 2020 – een week voor de eerste lockdown – aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht is gepromoveerd op de praktische relevantie van de wijsgerige betekenis van het begrip ‘dialoog’ voor het samenleven in de in vele opzichten superdiverse stad Rotterdam.
In haar proefschrift heeft zij de Rotterdamse politiek en de maatschappelijke praktijk met elkaar verbonden met een grondig onderzoek naar de filosofie van de dialoog. Deze verbinding noemt zij praxis: het vermogen om over ideeën te denken en te praten, ermee te worstelen en ze uiteindelijk in actie om te zetten. Op basis van haar onderzoek heeft zij betoogd dat de dialoog geen lege huls is, maar een moreel geladen kennisbron. Lees ook dit interessante artikel in NRC over ‘het ongemakkelijke racisme-gesprek’, een dubbelinterview met Levy en Abdelkader Benali over het gesprek over racisme in Rotterdam.
Het leren voeren van de dialoog is een prioriteit voor het onderwijs van BOOR in de komende jaren. Met haar promotieonderzoek inspireert Levy ons als het gaat om de vraag: hoe dan?

Levy was tot voor kort directeur van stichting Lokaal. Sinds 1 september is zij directeur van het Kenniscentrum Cultuureducatie Rotterdam.

 

Over Deep Democracy
Deep Democracy is een zienswijze en een methode die de onderstroom in groepen zichtbaar en hanteerbaar maakt. Tegenstellingen en botsende meningen worden op respectvolle wijze met elkaar onderzocht. In dialoog en in discussie.
De term ‘Deep Democracy’ werd als eerste gebruikt door Arnold Mindell, een Amerikaanse psychotherapeut. Het is ‘democratisch’ omdat het benadrukt dat elke invalshoek er toe doet en dat de kwaliteit van besluiten het grootste is wanneer zowel de meerderheids- als de minderheidsstem gewaardeerd wordt. Het is ‘deep’ omdat het verder gaat dan vele traditionele facilitatie methodieken. Meer over de methode op www.deepdemocracy.nl. Meer lezen over de toepassing in de klas? Lees dan dit interessante interview in Didactief Online.

 

Over de socratische dialoog
Het is vaak beter om goede vragen te stellen dan zelf goede antwoorden te geven.
Met vragen beweeg je anderen tot onderzoek van eigen ervaringen en ideeën. Dat
brengt leerprocessen op gang die effectiever kunnen zijn dan kennisoverdracht. Het
stellen van de juiste vragen is echter niet eenvoudig. De socratische methode is een
klassieke methode om een onderzoekend gesprek (dialoog) op gang te brengen. Blinde vlekken en vaste denkgewoonten worden opgespoord. Er ontstaan nieuwe
perspectieven op eigen en gemeenschappelijke denkbeelden. Een mooi praktijkvoorbeeld van de inzet van de socratische methode in het onderwijs lees je in dit artikel uit Trouw.

REACTIES ONDERWIJS GAAT OOK OVER WAT VOOR MENS JE WORDT

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

PLAATS EEN REACTIE




Plaatsen