HOME
EDITIES
RUBRIEKEN
ARTIKELEN



Geheugenstrategieën helpen bij ontwikkeling woordenschat

10 januari 2016  |  tekst: Nicole Goossens en Gino Camp

Woordenschat is een belangrijke voorspeller van de prestaties van leerlingen in het basisonderwijs. Hoe stimuleer je de woordenschatontwikkeling bij jonge kinderen op een effectieve manier? Twee strategieën zijn onderzocht door een consortium van de Open Universiteit, Universiteit Maastricht, Erasmus Universiteit Rotterdam en Stichting BOOR. In dit artikel staan het resultaat van dit onderzoek én praktische tips om de effectieve strategieën daadwerkelijk in te zetten in het onderwijs.

 

Geheugenstrategieën blijken effectief

Er zijn verschillende manieren om kinderen te helpen bij het leren van nieuwe woorden. Veelgebruikte strategieën zijn bijvoorbeeld het uitleggen van de betekenis van woorden, of woordspelletjes met de leerlingen doen. Twee wellicht minder bekende strategieën komen in ander onderzoek als zeer effectief uit de bus en zijn nu bij het leren van woordenschat onderzocht: ‘niet stampen, maar spreiden’ en ‘niet opnieuw bestuderen, maar ophalen uit het geheugen’. Uit dit nieuwe onderzoek blijkt dat kinderen uit de middenbouw schooltaalwoorden beter onthouden als het oefenen met deze woorden gespreid wordt over tien dagen dan wanneer de oefeningen één dag na de eerste kennismaking plaatsvinden. Ook blijkt dat woorden ophalen uit het geheugen effectiever is bij het aanleren van nieuwe woorden dan uitleg of spelletjes.


Niet stampen maar spreiden 

Uit eerder onderzoek was al bekend dat het spreiden van woordenschatoefeningen over drie achtereenvolgende dagen beter was dan om al deze oefeningen op dezelfde dag te doen. Nu is onderzocht of het uitmaakt hoe groot de spreiding tussen de oefeningen precies is. Bovendien hebben de onderzoekers gekeken of deze strategie ook werkt bij moeilijke schooltaalwoorden, die niet dagelijks gebruikt worden. Benieuwd naar de opzet van het onderzoek? Lees dan hier verder. Uit het onderzoek blijkt dat een spreiding over tien dagen effectief is en dat de strategie werkt bij moeilijke schooltaalwoorden.

 

Praktische tips

Hoe pas je dit gegeven nu toe in de praktijk? Het is belangrijk om schooltaalwoorden te introduceren in een relevante context, omdat de woorden zo abstract zijn. De leerkracht mag de woorden in het begin relatief ‘gestampt’ aanbieden door ze vaak en duidelijk te bespreken in de klas. In het begin moeten de woorden veelvuldig besproken worden en de opvolgende herhalingen van de woorden moeten meer gespreid zijn. Bijvoorbeeld zoals in dit voorbeeldschema


Niet opnieuw bestuderen maar ophalen uit het geheugen

Ook aan het onderzoek naar deze strategie ging al ander onderzoek vooraf. Hieruit was al bekend dat het ophalen van moeilijke woorden uit het geheugen beter was dan het nogmaals bestuderen van deze moeilijke woorden. Nog niet onderzocht was of deze strategie ook werkt bij kleuters die nieuwe woorden moeten leren. Dat was dan ook de kernvraag bij dit onderzoek. Kleuters oefenden op drie verschillende manieren met nieuwe woorden. Zij kregen plaatjes te zien, waarbij de leerkracht een steeds terugkerende beschrijving gaf van het bijbehorende woord. Ook deden zij verschillende spelletjes met de woorden. Ten slotte was er een oefening waarbij de kinderen de woorden individueel benoemden bij het zien van een plaatje. De woorden die zij op deze laatste manier oefenden, bleken zij uiteindelijk het beste te onthouden. Meer details over de opzet van het onderzoek zijn hier te vinden.


Praktische tips

Het is dus goed om kinderen te stimuleren om een plaatje zelf te benoemen of een woord zelf uit te leggen. Dat gaat vrij gemakkelijk als zij eerst een uitgebreide uitleg van de woorden hebben gehad, bijvoorbeeld met behulp van een verhaaltje. De leerkracht mag in het begin de woorden vaak aanbieden door zelf uitleg te geven en de plaatjes te laten zien. Dan zijn de woorden goed ingeslepen en is het gemakkelijker voor de kinderen om de informatie op te halen. Het is goed om het ophalen uit het geheugen spelenderwijs te doen. Daarnaast is feedback belangrijk. Door feedback te geven vergroot je de kans dat een woord dat leerlingen bij een oefening niet konden ophalen op een later moment wel weer opgehaald kan worden. Bekijk hier een aantal voorbeeldoefeningen.


Over het onderzoek

Dit onderzoek is een van de kortlopende onderzoeken rond ‘Vakdidactiek in relatie tot taal en tot rekenen/wiskunde’ gefinancierd door NRO. Het onderzoek is uitgevoerd door Nicole Goossens (nicole.goossens@ou.nl) en Gino Camp (gino.camp@ou.nl), beiden werkzaam aan de Open Universiteit. 

Dit onderzoek bouwt voort op twee geheugenstrategieën uit de Toolbox, 10 oefenstrategieën uit de geheugenpsychologie voor in de klas. De twee geheugenstrategieën komen uit de groep strategieën die gericht zijn op het Beter Onthouden van lesstof. Meer informatie over de Toolbox is te vinden op www.boorbestuur.nl/toolbox.

REACTIES GEHEUGENSTRATEGIEëN HELPEN BIJ ONTWIKKELING WOORDENSCHAT

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

PLAATS EEN REACTIE




Plaatsen